In het zuidwesten van Curaçao bevindt zich Landhuis De Hoop. Tweehonderd meter ten zuiden van Landhuis De Hoop lag een ander historisch landhuis: Landhuis Toni Kunchi. Landhuis Toni Kunchi had als bijnamen Toni Koentje, Vreugde(n)berg en Vrede(n)berg. In 1965 werd Landhuis Toni Kunchi afgebroken. Iets ten noordwesten van Landhuis De Hoop ligt Landhuis Van Engelen: eveneens een historisch landhuis.
Landhuis De Hoop heeft als bijnaam ‘Che Che’ en verkeert in een goede staat. Het oorspronkelijke landhuis is nog aanwezig. Landhuis De Hoop heeft een kern met aan twee zijden een galerij. Op de kern rust een zadeldak met eenvoudige dakkapellen. Het landhuis is blauw gekleurd met witte daklijsten en rode dakpannen. Het heeft verder een in- en uitzwenkende topgevel. Bovendien heeft deze gevel een topbeëindiging met bekroning.
Rond 1940 vond er een ingrijpende verbouwing plaats aan Landhuis De Hoop: er werden bouwsels toegevoegd waardoor het landhuis op een soort kasteel begon te lijken. Zo werden er aan de voorzijde twee kasteeltorens gebouwd. Torens met een kegeldak. Daarnaast bouwden men bij het landhuis een slotpoort en kantelen. In de loop van de tijd is één van de twee torens afgebroken en de andere ontdaan van zijn kegeldak. Ook de kantelen zijn gesloopt.
Landhuis De Hoop werd in de 19e eeuw gebouwd en was een buitenverblijf.
Woonhuis.
Het landhuis en het terrein rondom het landhuis zijn niet toegankelijk voor het publiek.
Kaya Douwe Zalm z/n, Willemstad, Curaçao.
Op Curaçao stond nog een tweede landhuis dat ‘De Hoop’ heette. Dit landhuis werd afgebroken toen de olieraffinaderij op het ABC-eiland werd aangelegd. Helaas werden meerdere monumentale landhuizen door sloopkogels geveld omdat er veel ruimte moest worden gecreëerd voor de bouw van de gigantisch olieraffinaderij.
Het verhaal van de olieraffinage op Curaçao begint in 1912. In dat jaar deed de regering van Venezuela een beroep op Koninklijke Shell om de Venezolaanse olievelden te exploiteren. Twee jaar later in 1914 vonden de eerste boringen plaats.
Nadat olie is opgeboord, moet het worden geraffineerd. Shell besloot om de gewonnen olie te raffineren op Curaçao. Dat had twee voordelen. Curaçao heeft de grootste en diepste natuurlijke binnenhaven van de Caribische archipel: ideaal voor grote olietankers die zo gemakkelijk naar binnen kunnen varen. En het eiland behoorde toentertijd bij Nederland.
Shell begon in 1918 met de bouw van Olieraffinaderij Isla op Curaçao. In datzelfde jaar werd de olieraffinaderij ook geopend. De impact van Olieraffinaderij Isla op de Curaçaose samenleving was groot. Naast het feit dat duizenden Curaçaoënaars werk vonden bij het oliebedrijf, werden er veel arbeiders uit het buitenland aangetrokken.
In 1984 wilde Shell de toen verlieslijdende olieraffinaderij op Curaçao sluiten. Dit tot grote ontsteltenis van de bevolking van het eiland: veel Curaçaoënaars verdienden zogezegd hun brood op de raffinaderij. De regering van Curaçao besloot een jaar later om de raffinaderij voor het symbolische bedrag van één Antilliaanse gulden over te nemen.
Vervolgens heeft de regering van Curaçao de olieraffinaderij geleased aan de Venezolaanse staatsoliemaatschappij Petróleos de Venezuela. Dit leasecontract verliep in 2019 waarna Petróleos de Venezuela het contract niet verder verlengde. Sindsdien komt er geen rook meer uit de schoorstenen en staat de raffinage van olie op Curaçao stil. Het is het onzeker of Olieraffinaderij Isla ooit weer tot leven komt.
Terug naar het overzicht landhuizen op Curaçao.